Advies: negatief

  • Geadviseerd subsidiebedrag: niet van toepassing
  • Gevraagd subsidiebedrag: € 80.000,-

Samenvatting van de aanvraag

“Stichting AllthingsAfrica, afgekort AtA, is producent van transdisciplinaire, enerverende belevingen. Ze tekent zich door een opeenvolging van exceptionele projecten, die zowel met elkaar verbonden zijn, als in elkaar overlopen. Sequels en episodes. De projecten worden te allen tijde geleid door het Afrikaanse narratief en perspectief, en /of gestuwd door Zwarte muziek. AtA faciliteert voor ondergerepresenteerde geschoolde en autodidacte makers en richt zich op zowel dat ondergerepresenteerde, als het brede publiek. Wij brengen op energieke, muzikale, spirituele wijze universele verhalen, waar menig mens zichzelf en de ander in herkent, of tot nieuwe inzichten komt. AtA produceert muziektheatervoorstellingen, theatrale concerten en werkt samen met innovatieve, eigenzinnige filmmakers, architecten en andere kunstenaars.

De Kaapverdiaanse Rotterdammer Gery Mendes is artistiek leider, het prototype, de eerste maker, maar verre van een nieuwkomer. Een entertainer in de breedste zin van het woord met wortels in de Rotterdamse hiphopscene. Een kritische denker, maker, uitvoerder en ritmisch podiumbeest met meer dan 20 jaar ervaring. De definitie van een renaissance man.

Gery combineert de drive van iemand met ontdekkingsdrang met de kracht en charisma van iemand die eigenlijk al weet hoe het werkt.

De komende vier jaar gaat de aandacht naar zijn makerschap, het bewerkstelligen en goed functioneren van het huis. Op langere termijn richten wij ons op talentontwikkeling en faciliteren we voor een select groepje gelijkgestemde makers.

AtA gaat samenwerkingen aan met gevestigde, gerenommeerde theaters, concertzalen, festivals, musea en andersoortige partners op nationaal en internationaal niveau. Theater Rotterdam, Lantaren Venster het O. Festival en Mindelact op Saovicente Kaapverdië, om er een paar te noemen. Van ’25 t/m ’28 brengt AllthingsAfrica verhalen over de liefde, Koloniale en burgeroorlogen, over eenzaamheid, ontheemding, coltan in uw I-Phone, en migratie in hele andere tijden. AllthingsAfrica gelooft in transdisciplinair werken;

Wij wisselen uit met verschillende soorten werkpraktijken en zoeken samen kennis en oplossingen op vraagstukken. Een inclusief proces, waarin een ieders kennis serieus wordt genomen, Kortom De Interconnectiviteit. Wij streven ernaar te doen wat niet is gedaan, op plekken waar men niet is geweest. Wellicht dromen we van het onmogelijke. Echter, dat geeft ons de enorme drift, het telkens weer naar een next level te brengen.”

Artistieke en inhoudelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de artistiek-inhoudelijke kwaliteit als voldoende. Gery Mendes werkte met grote namen uit onder andere de hiphopwereld. Als muzikaal multitalent vindt de commissie zijn vakmanschap onomstreden. De afgelopen jaren viel hij ook op in mooie inclusieve theaterproducties zoals Borboletas, onder de vleugels van Orkater, en in het Fast Forward traject van Fonds Podiumkunsten, onder begeleiding van Jolanda Spoel en Orkater. Mendes acht de tijd rijp voor een volgende stap; hij wil zich ontwikkelen als zelfstandig maker en als artistiek leider meer verantwoordelijkheid nemen voor zijn eigen producties binnen een eigen organisatie. De commissie heeft vertrouwen heeft in zijn potentie maar vindt, gezien zijn beperkte ervaring in die rol, dat zijn vakmanschap als zelfstandig maker nog moet worden bewezen. Daarnaast is de stichting zeer recent opgericht en heeft derhalve nog geen trackrecord op basis waarvan de professionaliteit van de organisatie kan worden getoetst. De plannen bieden op dit moment onvoldoende basis waaruit blijkt dat Gery Mendes in zijn beoogde ontwikkeling op de juiste wijze ondersteund kan worden, en zijn op in dit stadium te premature voor een structurele subsidie uit het Cultuurplan.

Gery Mendes’ drijfveren zijn persoonlijk en worden gevoed door zijn eigen ontwikkeling en achtergrond. Zijn Kaapverdische achtergrond en de Afrikaanse diaspora spelen daarin een belangrijke rol. Zijn verhalen zijn gelaagd en divers en hebben een potentiële zeggingskracht. Naar verwachting zal hij daarmee specifieke doelgroepen aanspreken; publiek dat zijn achtergrond deelt of erin geïnteresseerd is. Dat blijkt ook uit de interesse van in de aanvraag genoemde en beoogde afnemers. De commissie constateert tegelijkertijd dat de plannen het persoonlijke onvoldoende ontstijgen. De producties staan vooral in dienst van Mendes’ eigen ontwikkeling en de stap naar een artistiek product, oftewel de overdracht naar het publiek komt nog niet sterk tot uiting.

Tot slot waardeert de commissie zijn wens om vanuit gelijkwaardigheid het theatercircuit te bespelen. Dat roept tegelijkertijd de twijfel op of hij daarmee – naast het reguliere theaterpubliek – ook ander publiek, en dan met name de doelgroep licht, zal treffen. Mendes spreekt daartoe wel zijn ambitie uit, maar in de aanvraag ontbreken een eenduidige visie op het publiek en concrete en passende marketingplannen.

De verhalen die Mendes wil vertellen zijn niet per se nieuw maar wel degelijk authentiek. De black joy benadering – als tegenhanger van black suffering – werpt een verfrissend en emancipatorisch licht op zijn voorstellingen. Ook heeft de productie Black Samurai’s Seppuku een bijzonder uitgangspunt. Tot slot toont de poëtische opzet van de aanvraag zelf de eigenheid van Mendes, maar in het licht van het Cultuurplan gaat dat volgens de commissie wel ten koste van de functionaliteit en concrete toelichting van de plannen.

Waarde voor de stad, de bewoner en de discipline

De commissie beoordeelt de waarde voor de stad, haar bewoners en de discipline als zwak. Zij leest veel mooie en authentieke ambities in het plan maar vindt deze over de gehele linie nog onvoldoende uitgewerkt. De aanvraag beschrijft meerdere beoogde samenwerkingen, veelal met theaters en culturele instellingen in de rol van afnemers. Het zijn over het algemeen voornemens. De thema’s van de producties bieden openingen tot samenwerking buiten het culturele domein. Dat kan een meerwaarde leveren aan het zeer multiculturele Rotterdam, in het bijzonder aan de doelgroep licht die in het theater ondervertegenwoordigd is. Ook hier leest de commissie vooral voornemens en weinig concrete acties terug in de aanvraag. De beoogde samenwerking met Omroep Zwart is evenwel een mooie start.

De producties die in de aanvraag worden voorgelegd zijn thematisch interessant en hebben de potentie te leiden tot ongehoorde verhalen. Hoewel er op zich sprake is van vernieuwende ideeën, blijven deze binnen het gangbare artistieke en theatrale spectrum en het DNA van de maker. Vooralsnog blijkt uit de aanvraag niet dat er sprake is van innovatieve producties die vernieuwing brengen in de organisatie, de sector versterken of actief bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke grootstedelijke vraagstukken. Gery Mendes representeert als persoon en door de inhoud en urgentie van zijn verhalen een groep makers die ondervertegenwoordigd is op de Nederlandse podia. Daarin draagt hij bij aan inclusie van de podiumkunsten in het algemeen en in Rotterdam in het bijzonder. De ambities ten aanzien van het publiek zijn minder concreet. De vraag “Hoe krijgen we als sector meer kleur en diversiteit op de tribunes, in de zalen of op locatie; meer first time to the theatre bezoekers?” wordt terecht gesteld, maar in de aanvraag niet beantwoord. De definitie van het publiek is vrij generiek, en een concreet plan dat publiek te bereiken ontbreekt. Daarbij ligt de focus bij zowel makers als publiek op diversiteit in culturele achtergrond, en is een bredere visie op inclusie beperkt. Dat wordt bevestigd doordat – naast de samenwerking met partners uit het theatercircuit – er geen alternatieven worden geboden die drempels voor de doelgroep licht en jonger publiek verlagen.

Zakelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de zakelijke kwaliteit als onvoldoende. De commissie onderkent dat een financieel en organisatorisch fundament wenselijk is voor de artistieke ontwikkeling van Gery Mendes. Zij concludeert echter op basis van de plannen dat de stap naar een structurele subsidie uit het Cultuurplan op dit moment te groot is. De stichting AllthingsAfrica is zeer recent opgericht en hanteert een bestuursmodel. Het is duidelijk dat de organisatie op alle vlakken nog moet worden opgetuigd. De functies van zakelijk leider en marketeer zijn nog vacant, die van producent is mogelijk ingevuld. De principes van de Governance Code Cultuur zijn volgens de aanvrager van toepassing maar worden zeer summier en generiek toegelicht. Aan de vijf kernwaarden van de Fair Practice Code wordt geen aandacht besteed. Ten aanzien van fair pay stelt de aanvrager de cao Toneel en Dans te volgen, maar dat daarvoor ook extra middelen nodig zijn naast de gevraagde subsidie. Het uitgangspunt dat de bezetting van een productie niet ten koste mag gaan van eerlijke beloning, doet twijfel rijzen of eerlijke betaling wel een prioriteit heeft. De organisatie is nog niet op orde, en dat geeft op voorhand onvoldoende vertrouwen dat de plannen gerealiseerd kunnen worden.

Vanwege het korte bestaan van de stichting is er nog geen sprake van een volwaardige bedrijfsvoering. Een jaarrekening ontbreekt en de commissie moet zich baseren op de het financieel overzicht van de eenmanszaak van Gery Mendes. Dat geeft weinig inzicht in de relatie tussen financiën en activiteiten. De inschatting van de baten is zeer globaal. Een onderbouwing van de uitkoopsommen of vergoeding uit coproducties ontbreekt en ook de toelichting daarop geeft te weinig inzicht. Daarnaast lijkt er bereidheid om private fondsen te werven maar is het op dit moment onduidelijk of de expertise daarvoor kan worden aangetrokken. Dat maakt dat de begroting geen adequate vertaling is van de plannen.

De begroting is met name gebaseerd op een hoge subsidieaanvraag bij de gemeente en het Fonds Podiumkunsten. Daarnaast wordt uitgegaan van samenwerking met Orkater en aanvullingen uit private fondsen. Gezien de zeer rudimentaire staat van de organisatie en de op dit moment afwezige bedrijfsmatige expertise, acht de commissie de plannen niet realistisch. Voor een structurele aanvraag in het Cultuurplan is de aanvraag te prematuur.