Advies: positief, binnen budget

  • Geadviseerd subsidiebedrag € 1.430.000,-
  • Gevraagd subsidiebedrag: € 1.750.000,-

Samenvatting van de aanvraag

“International Film Festival of Rotterdam (IFFR) is een van de grootste publieks- en industrie gedreven filmfestivals ter wereld en trekt jaarlijks meer dan 275.000 bezoekers en ruim 2.000 filmmakers, kunstenaars en andere professionals uit de filmindustrie uit tussen de 90 en 100 landen. Het festival, dat jaarlijks in januari/februari gehouden wordt, vindt plaats in bioscopen en galeries in het bruisende Rotterdam en op satelliet evenementen in heel Nederland. IFFR bereikt een nationaal en lokaal publiek, trekt elk jaar een aanzienlijk aantal internationale bezoekers en heeft een geschatte impact op de lokale economie van minstens € 9,8 miljoen. In samenwerking met lokale bioscopen en maatschappelijke organisaties organiseert IFFR het hele jaar door vertoningen en evenementen in Rotterdam, evenals een educatieprogramma dat het hele land weet te bereiken.

Het plan omschrijft ook de uitdagingen voor IFFR uit de periode 2021-2024 en de blijvende noodzaak om in het licht van inflatie en stijgende kosten het aantal activiteiten te verkleinen en de benodigde middelen daaraan aan te passen.

Middels deze aanvraag geven we een uitleg over onze plannen voor 2025–2028. Deze bevat onder andere onze missie en visie, een terugblik op de voorgaande jaren en de verschillende codes die al langer deel zijn van ons DNA. Hierbij hanteren we ook de zes strategische prioriteiten van IFFR, te weten:

  1. Inhoud
  2. Publiek
  3. Bedrijfsvoering
  4. Financiering & Bedrijfsgroei
  5. Impact
  6. Organisatie

Een nieuw strategisch plan zal tevens volgen in 2024, waarvoor deze aanvraag ook (deels) de basis is.

Verder hebben we twee additionele financiële verzoeken, waarvan de eerste is gericht op onze grote ambitie van het uitbreiden van het festival naar Rotterdam-Zuid. We hebben al partnerschappen opgezet in ons programma voor het hele jaar door samen te werken met onder andere Islemunda (Zomer Op Zuid 2023 en IFFR 2024), het Kriol Film Festival in Theater Zuidplein en Rotterdam Festivals met vertoningen in Pathé de Kuip in IFFR 2024.

Ons doel is om door te gaan met het ontwikkelen van partnerschappen in 2024–2025 met nog meer vertoningen en evenementen, en om een volledig weekendprogramma te ontwikkelen. We doen een verzoek tot verhoging bij de Gemeente Rotterdam om deze activiteit te ondersteunen.

Het tweede verzoek richt zich op de mogelijkheden om vanuit de bestaande Previewdagen en IFFRiG een nieuw model te ontwikkelen om meer van het IFFR-publieksaanbod landelijk te trekken. Dit wordt een belangrijk element van onze nieuwe strategie en we doen een verhoogd, getrapt verzoek aan OC&W om de ontwikkeling van deze activiteit te ondersteunen – met een project dat bioscopen stimuleert om deel te nemen en met de intentie om elk jaar een extra stad toe te voegen – zodat we aan het einde van de nieuwe financieringsperiode vijf satellietfestivals zouden hebben.

We hopen wederom op uw steun voor deze nieuwe periode, waarbij we ons richten op een nog grotere impact, nationaal, internationaal en, natuurlijk, binnen Rotterdam.”

Artistieke en inhoudelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de artistiek-inhoudelijke kwaliteit als goed. IFFR is al gedurende lange tijd een van de toonaangevende organisaties binnen het Nederlandse festivalaanbod, waar plek is voor artisticiteit, experiment en expressie. De afgelopen jaren heeft IFFR laten zien dat de nieuwe directeur en de redacteuren over het vakmanschap beschikken om een goed filmfestival neer te zetten dat voortbouwt op de oude traditie van IFFR, met een afgewogen mix aan eigenzinnige grotere en kleinere films, experimentele en meer commerciële films. Het sterke randprogramma biedt relevante context. Mede dankzij een toegespitst programma voor filmprofessionals staat IFFR nog steeds garant voor een hoogwaardige vrijplaats voor unieke, en relevante audiovisuele kunst. De commissie constateert dat de organisatorische en programmatische schaalverkleining die het festival heeft ondergaan kansen biedt voor doorontwikkeling en verjonging van het vertrouwde IFFR-concept.

Hoewel de bezoekersaantallen nog niet dezelfde zijn als voor de coronaepidemie, is het herstel van de bezoekcijfers sinds de laatste editie ingezet. Het wegvallen van grote sponsoren heeft het festival doen besluiten in te zetten op een compacter programma, waardoor een kleiner publiek kan worden aangetrokken. IFFR kent een trouwe fanbase van bezoekers, maar het is de observatie van de commissie dat deze grotendeels valt onder de noemer hoogopgeleide 50plussers. Wel onderneemt IFFR stappen om een jonger en cultureel diverser publiek aan te trekken. Door het programmeren van genrefilms rondom Martin Koolhoven en het RTM-programma op Zuid zijn daar concrete stappen in gezet, maar de commissie wil het festival uitdagen verder te kijken dan de gemeenschapsgroepen in Rotterdam-Zuid. Met het sterke educatieprogramma bereikt IFFR een grote diversiteit aan verschillende sociaaleconomische groepen in en buiten de stad, maar op welke manier dit leidt tot een meer divers zaalpubliek leest de commissie onvoldoende terug in de aanvraag. De wens om het festival in 2026 uit te breiden naar nieuwe locaties in Nederland acht de commissie voor het Rotterdamse Cultuurplan als niet urgent.

Met haar vernieuwde curatoriale focus en selectiemethode toont IFFR nog steeds te voldoen aan haar ‘legacy’ als toonaangevend experimenteel en eigenzinnig festival met een sterk filmprogramma dat onderbelichte delen van de wereld(cinema) naar boven haalt en een unieke positie heeft ten opzichte van andere internationale festivals. De commissie hoopt dat het festival haar focus op vernieuwing en experiment kan blijven koesteren, ondanks het wegvallen van jarenlange opgebouwde vakkennis en loyaliteit van medewerkers die het resultaat zijn van de herstructurering.

Waarde voor de stad, de bewoner en de discipline

De commissie beoordeelt de waarde voor de stad, haar bewoners en de discipline als voldoende. Hoewel IFFR zich in eerste instantie zegt te verbinden met de Global South, heeft het festival duidelijk de ambitie de relatie met de stad te verstevigen, hetgeen het meest concreet tot uiting komt binnen het educatie programma, waarmee het festival een grote diverse groep Rotterdammers bereikt. Ook door het programmeren op locatie zoals tijdens het RTM-programma en het Kriol Film Festival op Zuid verbindt het festival zich met de rest van de stad, maar een meer structurele bedding van deze evenementen in het festival zou kunnen leiden tot meer duurzame partnerschappen in de stad. De commissie ziet dat IFFR de relatie met de stad vooral vormgeeft door op verschillende plekken buiten het centrum te programmeren, maar mist ideeën om door middel van het aansnijden van specifieke thema’s de verbinding met wat leeft in de stad te leggen.

Het van oudsher innoverende karakter van het festival op het gebied van programmering, distributie maar ook fondsenwerving blijkt uit de aanvraag nog steeds een belangrijk onderdeel te zijn van IFFR. IFFR was het eerste festival dat een on demand-platform aanbood en haar wens om een nieuw plan te ontwikkelen voor dit programma is helder, maar mist nog verdere uitwerking. Hoewel het aandeel van VR- en immersieve projecten tijdens het festival van zowel dit jaar als het jaar daarvoor beperkt van omvang was, waren de kwaliteit en impact van de digitale producties weer hoog. Zo maakte de collectieve zaalervaring van 8 miljard ikken – met live muzikale begeleiding door Spinvis – nationaal en internationaal veel indruk. Net zoals de videoprojectie van Steve McQueen’s in Sunshine State in Depot Boijmans Van Beuningen. Tegelijkertijd maakt de commissie zich zorgen over de continuïteit van dergelijke innoverende programmering nu veel vaste programmeurs op experimenteel gebied en dat van de beeldende kunst zijn verdwenen.

Uit de aanvraag spreekt veel ambitie om diversiteit en inclusie de aankomende paar jaar te gaan realiseren, maar waar de genoemde diversiteits- en inclusiedoelstellingen precies uit bestaan en wat bijvoorbeeld de werkgroep Diversiteit en Inclusie op de planning heeft staan is niet toegelicht. Alleen voor het aanbod zijn de plannen concreet gemaakt. Zo beschrijft IFFR de intentie om meer programmapartnerschappen aan te gaan met cultureel, taalkundig, raciaal en etnisch diverse organisaties, met LGBTQIA+ vertegenwoordigende groepen en met organisaties die dovengemeenschappen vertegenwoordigen. Dit moedigt de commissie aan. De uitbreiding van programma’s door het jaar heen en de educatielijn zijn adequate middelen om zich met de doelgroep licht te verbinden, maar of dit zich daadwerkelijk omzet in een publieksdiversificatie qua kaartverkoop is voor de commissie onvoldoende uit aanvraag te achterhalen. Hoewel de wens van het festival om via sponsoring het festival bereikbaar te maken voor minder bedeelde Rotterdammers sympathiek klinkt, net zoals het investeren in de toegankelijkheid voor mensen met een beperking, is er nog geen sprake van een integrale, breed gedeelde visie en benadering op de implementatie van de Code Diversiteit & Inclusie.

IFFR trekt jaarlijks meer dan 2500 internationale professionals – van verkoopagenten, filminkopers, investeerders, filmfestivalprogrammeurs en critici tot producenten, filmmakers en kunstenaars – en trekt daarnaast een breed scala aan internationale partners. Het is evident dat IFFR Rotterdam internationaal op de kaart zet, zowel in de profilering van Rotterdam als Cultuurstad als binnen de internationale filmwereld. Een duidelijke visie waarin het festival beschrijft hoe het zich in de toekomst binnen het internationale speelveld positioneert en hoe het een vernieuwende rol blijft vervullen voor zowel de Nederlandse filmsector als wereldwijd, leest de commissie echter onvoldoende.

Zakelijke kwaliteit

De commissie beoordeelt de zakelijke kwaliteit als voldoende. IFFR heeft in 2022 een verstrekkende reorganisatie doorgevoerd waarbij een groot deel van de programmeurs zijn vervangen. Hoewel het doel van deze herstructurering helder staat omschreven en inderdaad heeft geleid tot een zakelijk geslaagde editie, mist de commissie reflectie met betrekking tot de gevolgen van de herstructurering voor de continuïteit van het festival. Het feit dat IFFR de openbare discussie rondom de herstructurering in haar aanvraag niet adresseert vindt de commissie een omissie. Onder meer vanwege de prioriteit die IFFR noemt: “We realiseren en onderhouden een duurzame, diverse en inclusieve organisatie met een transparant bestuur en heldere managementstructuren, een robuuste planning, eerlijke werkwijze en open communicatie.” De commissie had hierbij ook een reflectie verwacht op de consequenties voor de festivalorganisatie van de herstructurering en de publieke controverse.

IFFR heeft zich financieel goed staande weten te houden tijdens een aantal turbulente jaren. De doorgevoerde schaalverkleining en hernieuwde financieel-organisatorische visie getuigen van ‘realiteitszin’ en hebben tot een positief financieel resultaat geleid. Hoewel door de hoge kosten in het kader van de herstructurering het buffervermogen en ook de liquiditeitspositie punten van aandacht zijn, kan de stichting terugvallen op een sterk financieel trackrecord. De begroting sluit goed aan op de plannen en de begroting is naar behoren onderbouwd en geeft blijk van een reële/haalbare ontwikkeling. Alles overziend biedt de begroting voldoende financiële basis om vertrouwen te hebben in een gezonde financiële bedrijfsvoering in de toekomst. In de voorgaande jaren ontving IFFR relatief hoge met covid samenhangende bijdragen en subsidies. Deze vervallen de komende jaren. Dat IFFR uitgaat van een lagere begroting getuigt van realiteitszin. Met meerjarensubsidies van het ministerie van OCW en de gemeente Rotterdam beschikt IFFR over een financieel fundament. De stichting kan terugvallen op een sterk financieel trackrecord. De begroting sluit goed aan op de plannen, is naar behoren onderbouwd en geeft blijk van een reële ontwikkeling. Positief is bovendien dat IFFR naar een gelijkblijvend omzetaandeel eigen inkomsten streeft. Hoewel IFFR in sterke mate afhankelijk is van subsidies, is deze afhankelijkheid stabiel. De algehele indruk is dat de stichting zich in voldoende mate inspant om cofinanciering te vinden.

Geadviseerd bedrag

De commissie adviseert om het subsidieniveau van 2024 te handhaven.